Citroenen zijn in deze tijd overheerlijk; sappig, rijk van smaak, zacht van vruchtvlees. Alleen, hoe kom je daar achter? Wie zet zijn tanden in zo’n zure citroen? Maak er liever een aromatische verse lemon curd van. Het ultieme smeerseltje voor de paasbrunch.
De lente is van nature geen fruitseizoen, tenminste niet in onze contreien. Ga maar na, planten en bomen beginnen net uit te lopen. Vrucht dragen ze pas na de bloei. Vroege kersen en aardbeien zijn meestal de eerste vruchten van de volle grond, maar die zijn pas rijp in mei, juni. Dat de winkels er nu al vol mee liggen, duidt op kasteelt en import.
Qua fruit zijn wij in de winter en vroege lente van oudsher aangewezen op de citrusvruchten uit het Middellandse Zeegebied. Die overleefden het transport naar deze koude streken met gemak, ook in een tijd dat er nog geen vliegtuigen, snelwegen en tunnels door bergen waren. In hun stevige stugge schil zijn ze niet kwetsbaar en dus lang houdbaar. Twee weken op een schip, geen enkel probleem.
Vooral de Engelsen hebben zich in de keuken uitgeleefd met sinaasappels en citroenen. Bekendste voorbeeld daarvan is ongetwijfeld de beroemde Britse marmelade. Schillenjam, noemen ze dat hier in huis. Ik ben de enige die de bittere smaken van de zestes (citrusschillen) kan waarderen, de rest huivert ervan. Hoe anders is dat met lemon curd, en vooral als ik hem zelf maak. Een heerlijk fris zachtzuur romig mengsel van citroen, suiker, eigeel en boter, dat zich als dikke custard laat smeren op… verzin maar waarop. Geroosterd brood, beschuit, pannenkoeken, scones, knapperige taartbodem. Maar het smaakt ook top door de yoghurt of vla. Je maakt er zelfs een snelle grog mee. Zelfgemaakte lemon curd is ongeveer veertien dagen houdbaar in de koelkast, maar geloof me, dan is hij allang op. Het recept dat ik deze week geef, geldt voor twee potten. Dit om te voorkomen dat u met Pasen al misgrijpt.
Lemon curd is, net als marmelade, ook in potten in de betere supermarkt te koop. Ook erg lekker, en veel langer houdbaar (1 jaar!). Dat kan natuurlijk niet zonder conserveermiddelen. Een goede reden om ook eens zelf lemon curd te maken, zeker nu de citroenen zo lekker zijn. De andere reden: het is een heerlijk klusje, als je er tenminste even de tijd voor neemt. Fascinerend om te zien hoe het mengel onder je handen van structuur verandert. Je moet er wel bijblijven, want de eieren en dooiers die erin gaan, mogen niet in de schift schieten. Dat is alleen te voorkomen door continu te roeren en te kloppen: negen á tien minuten, ongeveer drie songs op de radio, volgens de bevriende Belgische collega van wie ik dit succesrecept kreeg. Mijn advies: kloppen en meegalmen!
Homemade lemon curd
(2 flinke jampotten)
3 citroenen (onbespoten)
3 grote eieren
3 eidooiers
250 gram kristalsuiker
125 gram ongezouten boterWas citroenen en rasp de schil (alleen het geel) met een fijne rasp. Pers ze daarna uit. Klop in een metalen kom of pan met dikke bodem de eieren en eidooiers goed, maar laat ze niet schuimen. Meng suiker er doorheen. Voeg citroenrasp en sap toe en roer tot suiker opgelost is.
Kook in een grote pan een bodem water. Draai vuur lager zodat het rustig borrelt. Hang een steelpan erin (au bain marie). Smelt hierin boter tot hij romig is. Zet apart. Plaats nu de metalen kom met ei-suiker-citroenmengsel in pan met heet water en roer continu met een garde. Voeg af en toe wat zachte boter toe. Blijf kloppen (anders schiften de eieren) tot het mengsel dik wordt als dikke vla. Dit duurt ongeveer 10 minuten. Neem dan gelijk van het vuur.
Stort in twee brandschone, uitgekookte, potten, dek af met een stukje vershoudfolie. Dit voorkomt velvorming. Laat afkoelen. De lemon curd wordt nog iets dikker. Bewaar in de koelkast.
Tip: Besmeer een snee paasbrood met lemon curd en bestrooi met geroosterde amandelen. Ook heerlijk op matzes, scones en kleine pannenkoekjes.
Reageer
Om een reactie achter te laten moet je ingelogd zijn.